Katoen is één van de meest gebruikte natuurlijke vezels. Dat heeft verschillende redenen. Zo is katoen zacht, makkelijk te wassen, slijtvast, vocht absorberend en betaalbaar. Daar staat tegenover dat katoen nogal kreukgevoelig is. Het kan dus een aardige klus zijn om je kleding goed te verzorgen. Toch zijn er zes praktische tips die je kunt toepassen om je katoenen kledingstukken langer mooier te houden:
1. Was je nieuwe katoenen kleding eerst apart
Als je nieuwe katoenen kleren wast, kan het kleur afgeven. Was het daarom de nieuwe kleding de eerste paar keer apart. Om de kleurvastheid te controleren, wrijf je met een nat, wit doekje over een onopvallend deel van de stof. Blijft er kleur op het lapje achter, dan is de stof niet kleurvast.
2. Katoen was je met beleid
Om je kleding mooi te houden is het onverstandig om wasmiddel met bleek te gebruiken. Gebruik voor gekleurde kleding dan ook speciale wasmiddel voor bonte was. Strijk ze na het wassen aan de binnenkant op een lage temperatuur. Voor delicate kledingstukken gebruik je het beste een fijnwasmiddel. Om een optimaal kleurbehoud te krijgen, kun je de kleding het beste binnenstebuiten keren en met een vloeibaar en kleurhoudend wasmiddel behandelen. Centrifugeer zo kort mogelijk, dat is beter voor de vezels. Wasverzachter is niet noodzakelijk om je kleding schoon te houden, dus gebruik het zo min mogelijk.
3. Stel de juiste temperatuur in
Katoen heeft de eigenschap dat het kan krimpen tijdens de eerste wasbeurt, tenzij het is voorgewassen (meeste kledingstukken van Suitable zijn voorgewassen). Hoewel katoen bestand is tegen hoge temperaturen, moet je rekening blijven houden met wat voor kledingstuk je te maken hebt. Zo kun je ondergoed, sokken en handdoeken gerust tot 90 °C op de normale stand wassen. Bovenkleding zoals jeans, shirts en sweaters was je niet hoger dan 40 °C. Heeft het kledingstuk geen vlekken, dan is 30 °C heet genoeg. Bij twijfel; lees het wasetiket! Na het wasprogramma kun je de kleding het beste direct uitslaan en uit de wastrommel halen voor minder gekreukte kleding.
4. Let op je kleuren
Bij een kleurrijke was kun je het beste een colour catcher doekje toevoegen. Dit voorkomt namelijk het doorlopen van kleuren of afgeven van kleuren op andere kledingstukken. Je kunt deze doekjes eenvoudig in de supermarkt kopen. Katoenen kleding kunnen daarnaast vaal worden als je ze in de felle zon laat drogen. Gebruik dus een plek met wat meer schaduw.
5. Gebruik een droger met mate
Een wasdroger werkt uitstekend om tijd te besparen, maar heeft als nadeel dat de kledingstukken er gekreukeld uitkomen en zelfs kunnen krimpen of verkleuren. Daarnaast zorgt het voor meer slijtage van de kleding. Een betere oplossing is om je was nat op te hangen, het liefst op een plastic hanger. Gehaakte of gebreide katoenen kleding laat je beter liggend drogen, dit zorgt ervoor dat de kleding in model blijft. Drogen in de buitenlucht of washok is niet alleen goed voor het milieu, maar ook voor je kleding. Bovendien zal het strijken makkelijker gaan.
6. Berg geen ongewassen katoenen kleding in de kast
De mot is vijand nummer 1 van de kledingkast. Ze vreten graag aan katoenen kleding. Vooral wanneer het doorweekt is in transpiratie, urine of huidvet. Hun eieren leggen ze het liefst in donkere, droge plekken waar het aangenaam warm is. Zorg er dus voor dat je je kleding en kast regelmatig lucht! Heb je toch motten? Was onaangetaste kleding op minimaal 60 °C. Delicate kleding kan het beste worden ingevroren in de vrieskist (-20 °C). Maak de kast daarna schoon met azijn dat verdund is met water en maak het goed schoon. Om motten te voorkomen kun je cederhout of mottenballen in de kledingkast plaatsen.